‘Mijn achtertuin staat geregeld vol rook’
Koog aan de Zaan – Van oorsprong is de petroleumvergasser gemaakt om veilig in huis te kunnen koken. Pas later bleek het toestel ook handig bij het kamperen. Oscar Gabriël heeft er een derde bestemming voor gevonden: als verzamelobject. De Koger heeft er 200 in zijn primuskamer.
Het verzamelen is Oscar Gabriël uit Koog aan de Zaan met de paplepel ingegoten. Zijn moeder heeft volgens hem één van de grootste verzamelingen op het gebied van Verkade. In eerste instantie ging hij op de rommelmarkten op zoek naar spullen voor haar, later speurde hij ook voor zichzelf. Eerst modellen van lelijke eenden, toen petroleumvergassers.
“Iedereen kent ze als de Primus. Maar dat is een merknaam, geen soortnaam. Ik zag er één op een verzamelaarsbeurs en vond het leuk om er een te hebben. De petroleumvergasser kende ik nog van de scouting, we kookten er mee. De scouting is daar mee gestopt, omdat het moeilijk is om aan onderdelen te komen. Een aantal jaren terug sloot één van de laatste onderdelenwinkeltjes. Op internet kun je onderdelen kopen. Laatst kocht ik via internet een zakje met doorprikkers. Daarmee prik je het sproeigaatje door. Kreeg ik een mailtje van de verkoopster: ‘Leuk dat je er zo blij mee bent, maar wat heb ik nou eigenlijk verkocht?'”
“Veel mensen weten niet hoe een petroleumvergasser werkt”, zegt Gabriël, “of wat ze op een beurs te koop aanbieden. Zo kun je nog eens een vergasser kopen voor een euro. Maar het komt ook voor dat mensen denken: ‘het is oud, het is antiek’. En dan willen ze er ineens vijftig euro voor hebben.”
In het begin, sinds 1999, ging het hard met zijn verzameling. Kwam hij er met vier thuis van een rommelmarkt. Nu gaat het langzamer. “Ik kijk veel op internet, gewoon om te zien wat er allemaal is. Je hebt vergassers die branden op spiritus, benzine en gas. De laatste spaar ik niet, al heb ik er wel een paar. Er zijn veel verschillende merken, maar de modellen zijn zo ongeveer hetzelfde. De moderne branders hebben een flesje. Maar die zijn zó duur, die moet je alleen kopen als je ze gebruikt bij het kamperen. Anders is het zonde van het geld. De oudste die ik heb is een benzineverbrander uit 1920. Da’s ook de duurste: € 35. Veel te veel, maar ach.”
Gabriël heeft miniatuurvergassers, grote vergassers, vergassers die je aan een fiets kunt hangen en zelfs een ‘vreselijk gedrocht’. “Een vergasser met een bloemmotiefje erop geschilderd. Zo één waarvan je denkt: ‘moet dat nou?’. Maar het heeft ook wel weer wat, dus heb ik hem meegenomen. Ik spaar alleen vergassers zonder lont. Met lont, dat zijn die emaille vergassers, die je bij oma’s thuis ziet. Die vind ik écht niet leuk.”
Gabriël heeft al zijn vergassers een keer gebrand. “Mijn achtertuin staat geregeld vol rook. Natuurlijk even oppassen met de buren. Voor hen is al die rook niet zo prettig hè?”